Samenwonen / trouwen

Voor je gevoel maakt het misschien niet uit of je gaat samenwonen mét of zonder trouwboekje, of via een geregistreerd partnerschap. Als je maar gelukkig bent... Toch zijn er (financieel) grote verschillen. Nu & later. We lichten die graag toe. Hieronder vind je alvast vijf aandachtspunten.

 
man en vrouw aan het ontbijt
 

2. Bezittingen en schulden

Bij (gewoon) samenwonen geldt: spullen die je samen koopt, zijn van jou en je partner samen. Van spullen die je zelf (alleen) kocht, blijf jij de eigenaar - tenzij je hier andere afspraken over hebt gemaakt in het samenlevingscontract of in een notariële akte. Overigens moet je kunnen bewijzen welke spullen van jou of jullie zijn. Houd daarom een administratie bij. Soms staat dit ook als verplichting in je samenlevingscontract.

Bij trouwen of een geregistreerd partnerschap gelden de regels uit de wet (tenzij jullie bij de notaris iets anders hebben geregeld over jullie bezittingen en schulden). Welke regels er gelden, is afhankelijk van jullie trouwdatum.

Vóór 1 januari 2018 getrouwd of een geregistreerd partnerschap aangegaan?

Dan is er automatisch een gemeenschap van goederen. Alle bezittingen en schulden van jou en je partner zijn van jullie samen.

Na 1 januari 2018 getrouwd of een geregistreerd partnerschap aangegaan?

Dan geldt er automatisch een 'beperkte' gemeenschap van goederen. Tenzij er dus huwelijkse of partnerschapsvoorwaarden zijn overeengekomen.

 
Man met 2 kinderen
 

4. Erven

Bij samenwonen geldt dat je geen erfgenaam van elkaar bent, tenzij je dit in een testament hebt geregeld.

Bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap ben je automatisch elkaars erfgenaam, tenzij in een testament iets anders is vastgelegd.

Hoeveel je van een erfenis overhoudt, hangt er vanaf of je volgens de (belasting)wet wel of geen partners bent. Soms kom je daarvoor ook in aanmerking zonder samenlevingscontract. De externe site Wie zijn partners voor de erfbelasting geeft hierover meer informatie.

 
Gebroken hart, scheidend stel
Trouwringen
 

1. De gezamenlijke woning

Huurwoning

Als je 'gewoon' samenwoont, ben je niet automatisch allebei huurder van de huurwoning. In het huurcontract staat wie de huurder is. Sta je niet als huurder in het contract? Dan mag je soms niet in je huis blijven wonen. Bijvoorbeeld bij overlijden van de officiële huurder of als de relatie eindigt. Voorkom problemen en vraag het 'medehuurderschap' aan. 

Door het huwelijk of geregistreerd partnerschap ben je automatisch wettelijk medehuurder. Je hebt allebei dezelfde rechten tegenover de verhuurder.

Koopwoning

Als je zonder verdere afspraken samenwoont in een koopwoning ben je daar niet automatisch allebei eigenaar van. In het koopcontract staat wie de eigenaar van de woning is. De hypotheekakte vermeldt wie er verantwoordelijk is voor de hypotheek. In een samenlevingsovereenkomst kun je afspraken vastleggen over de koopwoning. Bijvoorbeeld over de verdeling van de vaste lasten. Of over de verdeling van de (over)waarde bij verkoop.

Ben je getrouwd of is er een geregistreerd partnerschap dan zijn jullie beiden voor de helft eigenaar van de koopwoning als je die samen hebt gekocht. Daarbij is het niet van belang of de een evenveel betaalde als de ander. Heeft jouw partner de woning alleen gekocht? Dan zijn jouw rechten ervan afhankelijk of je in (beperkte) gemeenschap van goederen bent getrouwd. Heb je huwelijkse of partnerschapsvoorwaarden op laten stellen bij een notaris? Dan kan in dat document vermeld staan wie (in welke mate) eigenaar is van de woning.

 
spaarvarken
 

3. Kinderen

Van een stel dat samenwoont en een kind krijgt, is alleen de moeder volgens de wet de (juridische) ouder. Zij heeft dan ook alleen het gezag. Als de vader dezelfde rechten en verantwoordelijkheden wil, dient hij het kind eerst bij de gemeente te erkennen. Daarna moeten jullie het gezamenlijk ouderlijk gezag aanvragen bij de rechtbank.

Wordt jouw kind tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap geboren? Dan ben je allebei juridisch ouder en heb je samen het ouderlijk gezag over jullie kind. Hier wijkt de wet wat af ten opzichte van de situatie van geregistreerde partners. Is jullie kind  geboren vóór 1 april 2014? Dan moe(s)t de vader het kind eerst erkennen om juridisch ouder te worden.

Ongeacht binnen welke vorm je samenwoont, geldt: ga je uit elkaar en heb je samen het gezag over de kinderen? Dan moet je samen een ouderschapsplan opstellen. Je moet ook afspraken maken over de kinderalimentatie.

 
Moeder en dochter in gesprek
 

5. Scheiden

Woon je samen dan hoef je voor de beëindiging van jullie relatie niet naar de rechter. Heb je een samenlevingscontract dan staat daarin wat je moet doen. Soms vermeldt dit contract ook wat je onder elkaar moet verdelen. En hoe.

Ben je getrouwd en ga je uit elkaar? Dan heb je de rechter nodig om te scheiden. Dat geldt ook voor een geregistreerd partnerschap wanneer je beiden het ouderlijk gezag over de kinderen hebt.

Heb je een geregistreerd partnerschap en geen kinderen? Of wel kinderen maar niet beiden het ouderlijk gezag? In die gevallen kun je met behulp van een advocaat of notaris scheiden. Je maakt afspraken over de partneralimentatie en de manier waarop jullie eventueel opgebouwd pensioen(en) verdelen. Dit laatste ook weer alleen voor zover je dit niet heb uitgesloten binnen je huwelijkse of partnerschapsvoorwaarden.